woensdag 26 december 2012

Passage uit mijn fantasymanuscript!

Na zijn dood steeg Patrick op uit zijn lichaam. Hij keek naar beneden en zag zijn lijf roerloos op bed liggen. Hij zag zijn vader naast zijn levenloze lichaam zitten en Amanda in een hoek van de kamer staan. Hij steeg zijn ouderlijk huis uit, hoger en hoger,  tot ver boven het wolkendek. Toen was het gitzwart om hem heen, op een aantal heldere sterren na. Nog nooit had hij die zo dichtbij kunnen bekijken. Letterlijk ademloos staarde hij in hun schitterende flonkering en voer hij verder naar boven, zich nog niet bewust van de uiterlijke veranderingen die hij had ondergaan. Hij steeg verder het donker in totdat hij opeens een opening in al dat zwart zag waar iets doorheen begon te schijnen.
De opening was in het begin nauwelijks noemenswaardig, een kleine kier met een streepje wit licht. Maar naarmate hij dichterbij kwam opende de kier zich, de helften schoven als deuren ieder naar één kant.
Patrick keek met verbazing hoe de straal breder werd en naar hem begon te reiken. Likkende dikke witte slierten dwongen hem in de richting van de gapende  opening en hij voelde zich langzaam worden meegevoerd.
Hij keek naar beneden en zag dat de aarde nog maar de grootte van een sinaasappel had. Met een reusachtige schok zag hij opeens de sterren dwars door zijn lichaam heen schijnen want hij was zo glazig als een raam en zo delicaat als een elfje.
Tegelijk moest hij wennen aan het nieuwe gevoel in zijn merkwaardig nieuwe gedaante . Eigenlijk was er helemaal geen gevoel, er was niets anders waar te nemen dan…beweging. Alles fladderde, sluierde, zinderde en leek los om hem heen te drijven. Hij kon zichzelf niet goed aanraken, zijn zinderende vingers graaiden dwars door zijn borst in het luchtledige.
Intens geschokt over het besef dat hij echt dood was, dreef hij verder richting de inmiddels immens wijde opening in het dak van het heelal.
Waar was hij naar onderweg? Wat was er achter de opening?
Plotseling werd er van alle kanten naar hem gegrepen in duistere onzichtbaarheid.
Er werd gegraaid en geklauwd en op de één of andere manier konden deze aanrakingen hem wel bereiken zodat Patrick wilde gillen van angst maar er kwam geen geluid uit zijn mond, al wat hem ontsnapte was een sliert ijskoude rook.
Achter de deuren lag de vreemdste wereld die hij ooit had gezien. De mist overheerste en het heldere, lokkende, witte licht verdween. Het grijs domineerde, geen kleuren waren er te bekennen en geen vorm kon hij onderscheiden.
Had Patrick nog een adem gehad dan hield hij deze scherp in.
Hij onderscheidde in de verte vele vreemde geestachtige wezens die langzaam dichterbij zweefden, uit de mist opdoken en hem omringden.
Ze zagen er allemaal anders uit en toch hadden ze één ding gemeen: kleine rode lichten schenen zwak uit de donkere holle kassen waar voorheen ogen hadden gezeten. Het enige kleurrijke tussen al het grijs. Hij probeerde de grijpende klauwen van zich af te schudden, trachtte zijn sliertarmen om zich heen te slaan maar faalde jammerlijk.
‘Breng hem naar Tar!’ hoorde Patrick roepen.
De roep kreeg bijval uit alle hoeken. Er klonken meer stemmen, hoge, lage, zachte en harde door elkaar heen die herhaaldelijk schreeuwden: ‘Breng hem naar Tar!’
De mist klonterde samen, werd nog massief grijzer en Patrick had geen idee waar ze hem naar toe voerden. Hij verzette zich weer hevig maar gaf het al gauw op daar hij geen schijn van kans had tegen de sterke krachten die hem omringden.
En opeens week de mist uiteen en de spookachtige wezens vervaagden of doken langzaam naar opzij en de figuur die op een troon van harde koude steen zat deed Patrick wensen dat hij nog leefde en de hand van zijn vader kon grijpen. 

©Anke Portenge




4 opmerkingen:

  1. Ik raak nieuwsgierig naar het hele verhaal joh!

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Leuk verhaal al.
    Vooral mijn naam staat erin.
    Helemaal tof.
    Ben benieuwd.

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Dank je Amanda! Je naam staat er inderdaad in. Ik was al aan het werk aan dit verhaal voordat ik je leerde kennen, grappig he?. Maar om nog een tipje van de sluier op te lichten: Amanda is in dit verhaal geen eerlijk persoon! Dus verder dan de naam houdt de gelijkenis op :-)

    BeantwoordenVerwijderen